Veel van de grote opgaven van deze tijd vinden een oplossing op provinciaal niveau. Het gaat om huizen bouwen, aanpak van de stikstofproblematiek, de energietransitie, natuurherstel, infrastructuur en de opvang van asielzoekers. Dat vraagt om moedige en doortastende politici en bestuurders, die ons door deze moeilijke en complexe fase heen leiden. Dat zei commissaris van de Koning in Zuid-Holland Jaap Smit in zijn nieuwjaarsrede.
Volgens Smit betekent besturen ‘dat je besluiten durft te nemen en je verantwoordelijkheid neemt op moeilijke momenten’.
In beeld:
Jaap Smit, de commissaris van de Kooning, komt het podium op
Voice-over:
("Het logo van de Provincie Zuid-Holland verschijnt.
Commissaris van de Koning Jaap Smit houdt een nieuwjaarstoespraak in het provinciehuis.")
In beeld:
Jaap Smit, Commissaris van de Kooning:
" Dames en heren, relaties en vrienden van Zuid-Holland.
Moet ik zeggen excellentie staatssecretaris van der Burg die is er nog?
In ieder geval welkom, kamerleden, burgemeesters, relaties en vrienden van Zuid Holland.
A special welcome to the ambassadors who honour us with their presence today.
It’s been a long time, due to Covid, since we’ve met in the way we do today.
There is, as I told you, a translation of my speech available.
Doet hij het of niet?
Ja.
Allen...
Allen van harte welkom in dit prachtig gerenoveerde huis van de provincie.
Een licht en luchtig gebouw dat uitnodigt tot ontmoeting en samenwerking.
Ik sprak net de architect die loopt hier ook ergens tussen.
Het is een feest om in dit gebouw te werken en zeker als u weet hoe het vroeger was.
De hokkerigheid van destijds heeft plaats gemaakt voor ruimte en openheid.
Ik heb dat gebouw vroeger wel eens een kazerne genoemd en die moeten van tijd tot tijd
ook worden gerenoveerd.
Zo kunnen we er weer een tijdje tegenaan met elkaar.
Een verbouwing die zich voor een gedeelte weer terugbetaalt omdat het gebouw energieneutraal is helemaal niet energieneutraal het geeft
meer energie dan het kost.
Ik was er al bang voor.
Een gebouw dat energie terug geeft in plaats van dat het energie kost.
Dat is juist in deze tijd van groot belang.
Ik begin even overnieuw.
Wij zijn...
Doet hij het al of niet?
Ja!
Wij zijn weer ouderwets knallend het nieuwe jaar ingegaan.
De eerstehulpposten hebben weer op volle toeren gedraaid en het is al met al prettig te merken dat we
nog steeds geld genoeg hebben om voor 110 miljoen euro in de lucht en in de fik te steken en op die manier de demonen buiten de deur te houden door de stikstofdeken nog een extra boost te geven.
We noemen dat traditie en die moet in ere worden gehouden.
Agenten en hulpverleners die beschadigd het nieuwe jaar en soms de rest van hun leven ingaan.
De ME die slechts een paar keer hoefde op te treden een enkele dode als gevolg van verkeerd ontstoken vuurwerk nog afgezien van de schade die her en der is aangericht.
Een mooie polderoplossing was wel in enkele plaatsen gevonden: je mag wél vuurwerk verkopen en kopen,
maar je mag het níet afsteken.
‘Kom jongens, het is bijna twaalf uur, we gaan even in de schuur zitten en kijken naar ons vuurwerk dat ik gekocht heb.’
‘Pap, waarom steken we het niet af?’
‘Jongens, vuurwerk is om naar te kijken...’
En misschien is dat ook wel de oplossing voor de komende jaren.
Het is zoals met veel tradities: als er geen maat kan worden gehouden, houdt het op en zo lijkt het erop dat in dit geval een kleine groep het letterlijk verknalt voor de rest.
Wat voor een jaar zal 2023 worden, beste mensen?
Wij wensen elkaar het goede toe en vooral een goede gezondheid en dat is een traditie die we vooral wél in ere moeten houden.
Daar hoeven we geen maat in te houden, maar kunnen daar hooguit te zuinig in zijn!
Ik heb de laatste week van 2022... Idris, foto één...
De laatste week van 2022 genoten van de kleine wereld waarin ik toen even leefde.
De plek waar we ieder jaar naartoe gaan, weg van het drukke leven op een plek waar niks gebeurt en ook niets, vrijwel niets te beleven is.
Wandelen langs het strand, een boek lezen, in slaap vallen, gezellig dineren binnen of buiten de deur en that’s it.
Samen met kinderen en kleinkinderen en mijn schoonvader van 92 jaar.
Oppassen op de allerkleinsten en zorg geven aan de alleroudste.
Hier smelt je van want daar wordt ik ook een zacht ei van moet ik zeggen.
Maar ik ben er wel heel erg trots op en blij mee.
En met die twee kleine kinderen op schoot dacht ik over de start van hun leven en de wereld waarin zij opgroeien en het leven zullen ontdekken.
De vertedering en hun onschuld zullen nog wel even duren en ik wens hen een mooie en onbezorgde jeugd toe, waar ik ook zelf nog lang een bijdrage aan hoop te kunnen leveren.
Maar het lukte mij niet, om naast die mooie momenten van geluk mijn zorgen van dit moment
en de tijden vóór ons te onderdrukken.
Natuurlijk, je hoort dan te zeggen dat je een optimistisch mens bent en dat het uiteindelijk wel goed zal komen.
Maar toch: zal het allemaal wel goed komen?
Daar had Claudia de Breij in haar prachtige oudejaarsconference een duidelijk antwoord op ‘Het komt niet goed, maar wij moeten het goed maken.’
Wat is dat overigens een voorrecht om te wonen in een land waarin cabaretiers en andere kunstenaars vrijuit hun grappen kunnen maken en met een knipoog zichzelf en anderen op de hak kunnen nemen.
Dat geklets over Nederlands als een dictatuur, ga dan maar eens kijken want daar kan dit niet.
‘Het komt niet goed, maar wij moeten het goed maken.’
Ik zou dat willen gebruiken als het motto voor het komende jaar.
Op velerlei terreinen.
Een oproep om werk te maken van oplossingen die worden gevraagd.
Om vrede die moet worden hersteld of bewaard, denk aan Oekraïne, de ambassadeur van Oekraïne is in ons midden.
Denk aan Oekraïne of de ontwikkelingen in Iran en Afghanistan.
Om rechtvaardigheid die door velen gemist wordt om de menselijke maat die we op vele terreinen zijn kwijtgeraakt, om herstel van vertrouwen in elkaar als overheid en burger.
Ik noem het met opzet reciprociteit, wederkerig.
De overheid moet de inwoner vertrouwen, maar andersom net zo.
Met dat laatste is wat aan de hand en ook dit jaar zou ik daar weer een hele toespraak aan kunnen wijden.
De Nationale Ombudsman uitte zich buitengewoon kritisch over politiek en overheid en de scheidende voorzitter van de Algemene Rekenkamer, Arno Visser, vergeleek het huis van Thorbecke met het ingewikkelde huis van Escher.
Veel te complex en je verdwaalt erin.
Ik heb daar in voorgaande jaren ook het nodige over gezegd.
Als mensen het idee hebben te verdwalen in systemen en het gevoel hebben dat er geen levend wezen...
meer naar hen luistert laat staan in hem of haar geïnteresseerd is en niet anders kan dan met protocollen en procedures te reageren op een vraag of roep om hulp, dan is het gauw gedaan met dat vertrouwen.
Maar tegelijkertijd lieve mensen, zullen we nou gewoon ook eens een dag niet die obligate vraag stellen of je er nog een beetje vertrouwen in hebt
en doet alsof iedereen het is kwijtgeraakt?
Als ik om de vijf minuten mijn lieve vrouw ga vragen zeg: hou je nog van mij of hou je weer van mij?
Om de vijf minuten dan kan ik u verzekeren, dat die liefde verdwijnt en ook niet meer terug zal komen.
Don’t ask me, don’t tell me but show me.
Ga nou maar aan het werk.
Zo is het met het vertrouwen in de overheid ook.
Ik wordt af en toe een beetje flauw van die vraag.
En nou wordt ik even scherp.
En al die mensen die dat gebrek aan vertrouwen als een politiek verdienmodel zien stel ik de vraag we hebben nou twintig jaar gezien dat er elke keer nieuwe partijen ontstaan die met dé oplossingen komen en het vertrouwen in de politiek is alleen maar verder gedaald.
Ik wijt het niet aan hen, ik constateer alleen dat het geen boost gegeven heeft aan het vertrouwen in de politiek.
En ja, elke stem is er één, maar met een proteststem schieten diezelfde stemmers uiteindelijk helemaal niets op.
Wat mensen zien is een verruwing van het politieke debat een verdergaande polarisatie en een cultuur waar niet de oplossing centraal staat, maar het eigen gelijk.
Het aanzien van de politiek en het vertrouwen daarin is niet een verantwoordelijkheid van een deel van het parlement maar van het gehele parlement.
Samen vormen al die 150 kamerleden het gezicht van de politiek en worden zij als collectief beoordeeld.
Dat geldt net zo voor onze Staten hier en dat geldt ook voor een gemeenteraad.
U bent als collectief verantwoordelijk voor het aanzien van de politiek.
En als we elkaar daarin voor rotte vis uitmaken, dan denken mensen dat iedereen daar rotte vis is.
Aan het werk!
‘Het komt niet vanzelf goed, maar we moeten het goed maken...’
Voor de provincie betekent dat een hoop, omdat veel van de grote opgaven van deze tijd een oplossing vinden op provinciaal niveau.
Het woord ‘crisis’ wordt veel gebruikt.
Crisismensen ontstaan plotseling.
Hé, hoe kan dat nou?
Niet verwacht.
Dan moeten wij maar eens wat zuiniger zijn op het gebruik van het woord ‘crisis’.
Want waar wij nu mee te maken hebben en waar wij mee geconfronteerd worden dat zijn gevolgen van korte termijn politiek die ons al tijden in de greep houdt.
De bal is steeds een paar meter vooruit geschopt, maar ligt nu ver over de achterlijn.
Besturen betekent dat je besluiten durft te nemen en je verantwoordelijkheid neemt op moeilijke momenten.
Dat je daarbij goed weet wat er in de samenleving leeft en je oor te luisteren legt is vanzelfsprekend.
Maar dat betekent niet dat je je voortdurend moet laten gijzelen door een groep mensen die luidkeels roept dat ze het niet met je eens is.
En nog maar eens een keer de kaart van het vertrouwen op tafel leggen.
Ík krijg vertrouwen in een overheid die met een rechte rug en met zicht op de langere termijn de juiste maatregelen neemt die soms op de korte termijn pijnlijk kunnen zijn.
En één ding lieve mensen schelden op de overheid is in feite schelden op de politiek die uiteindelijk het beleid van diezelfde overheid bepaalt.
En wij als kiezers zijn uiteindelijk daar de laatste verantwoordelijke in.
De veel genoemde toeslagenaffaire is ten diepste het gevolg van stoere politiek in het parlement die ertoe geleid heeft dat op rigide wijze uitvoering is gegeven aan de wens van datzelfde parlement.
‘Het kan toch niet zo zijn…’ En daar gaan we weer.
En zo staan we aan de lat om huizen te bouwen, een oplossing te vinden voor het stikstofprobleem om onze infrastructuur op peil te houden en te moderniseren, om de energietransitie voortvarend op te pakken om onze natuur te herstellen en te verbeteren en te beschermen, om de motor van onze economie aan de praat te houden ten dienste van welvaart en ook welzijn, om de leefbaarheid in dit drukbevolkte gebied overeind te houden.
En lieve mensen bij die vele opgaven hoort ook de grote opgave op het gebied van opvang van asielzoekers waar wij met onze vijftig gemeenten in het komende jaar hard aan moeten trekken.
Of wij dat nou leuk vinden of niet, die opgave ligt er.
En alleen gezamenlijk kunnen wij eruit komen.
En er ligt in Zuid Holland een forse opgaven kan ik u zeggen.
Dat is om meerdere redenen niet gemakkelijk, maar gelukkig zie ik op veel plekken de bereidheid om de schouders daar onder te zetten en de initiatieven ontstaan.
En er gebeurd al heel veel.
Al die vraagstukken vragen om doortastende en moedige politici en bestuurders die ons door deze moeilijke en complexe fase heen leiden.
Want dat is het.
Een moeilijke en complexe fase.
We spreken over transitie, over een verandering van tijdperk, over nieuwe en onbekende wegen.
Daar hoort onzekerheid bij, daar hoort scepsis bij, daar hoort angst bij en ook verzet.
Maar bovenal hoort daar wijs en dienend leiderschap bij.
Dienend niet in de zin van te bescheiden of onderdanig, maar vanuit het besef dat het niet om jouw macht gaat maar om het algemeen belang dat je dient.
Onlangs was ik getuige van een gesprek over het stikstofdossier het staat model voor veel van de problemen waar wij mee te maken hebben, van een bal die steeds vooruit geschopt is.
Dat lossen wij straks wel op.
En iemand zei in dat gesprek: ‘Als ze twintig jaar geleden niet hadden zitten treuzelen en de moed hadden gehad de juiste noodzakelijk besluiten te nemen, dan zaten we nu niet met de gebakken peren en een land dat op slot zit.’
Het werd even stil en ik zei toen ‘Zullen wij er dan nu voor zorgen dat we niet de ze
van over twintig jaar zullen zijn?’
Dat is niet gemakkelijk en het probleem mag ook niet op het bord van één sector of één groep neergelegd worden maar we kunnen die bal niet verder voor ons uitschoppen, want die bal ligt niet eens meer in het veld.
Dat geldt voor de meerdere opgaven die er liggen.
Zullen we dan als de bliksem en met alle creativiteit en flexibiliteit, ook van onze kant die daarvoor nodig is, de huizen gaan bouwen die ze in de afgelopen jaren niet gebouwd hebben.
Zullen we dan zorgen dat er voldoende opvangplekken zijn en blijven voor hen die onze hulp nodig hebben en niet elke keer weer locaties afbouwen als de toestroom wat minder wordt, zoals ze in 2015/2016 hebben gedaan.
Zullen we dan op een gebalanceerde en daadkrachtige manier werk maken van de noodzakelijke uitfasering van fossiel naar schone energie en niet treuzelen zoals ze
wel hebben gedaan in de afgelopen jaren.
Zullen we zorgen dat mensen voldoende en gelijke kansen krijgen om een goede boterham te verdienen en op eigen benen kunnen staan en niet het gevoel krijgen
dat ze er niet toe te doen.
Zullen we er dan voor zorgen dat er ruimte is voor de natuur en we letterlijk en figuurlijk kunnen blijven ademen in de schaarse ruimte die er is?
Kortom, zullen we voorkomen dat wij de ze van over twintig jaar worden?
En bij dat alles geldt, wat mij betreft: begin nu eens even niet met een ‘ja-maar’.
Ja, maar...
Allemaal reden waarom dingen niet kunnen.
Er zijn zat redenen om te bedenken waarom iets niet kan.
Maar begin nu eens met ‘en toch’.
Wij gaan het mogelijk maken wij gaan kijken hoe het wel kan.
Over al die zaken gaat over gestemd worden op 15 maart.
Althans, daar zou het over moeten gaan.
Daar zal het niet over gaan het gaat natuurlijk over de landelijke krachtsverhoudingen.
Maar het gaat uiteindelijk om keuzes die wij ook op provinciaal niveau maken, over de inrichting van je directe leefomgeving en over dingen die ik net genoemd heb.
Dan krijgen we allemaal de kans om onze stem te geven voor de oplossingen die worden aangedragen.
Die zullen vanzelfsprekend verschillen langs de politieke lijnen.
En ik wens onze politici toe dat zij elkaar op een aansprekende manier langs de lijnen van de inhoud uitdagen om met hun politieke water voor de dokter te komen en mij even als alle anderen als kiezers in staat te stellen een afgewogen keuze te maken.
En in godsnaam laat dan de boodschap meer inhouden dan: ‘stem op mij, want de ander deugt niet.’
Genoeg gemijmerd, aan de slag met elkaar in dit nieuwe jaar.
En onthoud één ding mensen het komt niet goed, maar wij moeten het goed maken.
En ik voeg daar aan toe dat kan alleen als wij in staat zijn vanuit een vertrouwen in elkaar samen aan de slag te gaan!
Ik zou zeggen proost!"
Voice-over:
("Het logo van provincie Zuid-Holland verschijnt. Beeldtekst: ‘Elke dag beter. Zuid-Holland.")