Deel dit op
Omgevingswet
De Omgevingswet schrijft voor dat overheden 1 integrale omgevingsvisie moeten hebben, zelf regels moeten bundelen en alle informatie moeten digitaliseren. De nieuwe wet bundelt 26 bestaande wetten op het gebied van de fysieke leefomgeving.
Onderwerpen als milieu, bodem, water, ruimtelijke ordening, erfgoed en natuur kunnen daardoor beter op elkaar afgestemd worden. Voor burgers en bedrijven komt er 1 digitaal loket voor vergunning aanvragen. Bij grote projecten wordt burgerparticipatie verplicht.
Uitgangspunten van de Omgevingswet
- Eenvoudiger, efficiënter en beter.
Projecten moeten in samenhang en per gebied worden aangepakt. Procedures mogen niet meer eindeloos duren, regelgeving moet voorspelbaar, betaalbaar en transparant zijn. Onderzoekslasten kunnen aanzienlijk worden verminderd. - Meer zekerheid én dynamiek.
Bescherming van de omgeving van burgers blijft een belangrijk doel. Daarnaast moet het ook uitnodigen tot nieuwe initiatieven en ontwikkelingen en niet alles bij voorbaat dichttimmeren. - Ruimte voor duurzame ontwikkeling.
Veel regels zijn verouderd en staan innovatieve ontwikkelingen, gericht op duurzaamheid, in de weg. Het nieuwe omgevingsrecht ondersteunt en stimuleert juist de transitie naar een duurzame samenleving. - Ruimte voor regionale verschillen.
Wat goed is voor de ene regio, is lang niet altijd geschikt voor de andere. Het nieuwe omgevingsrecht is flexibel, waardoor provincies en gemeenten regionaal en lokaal maatwerk kunnen leveren. - Actieve en kwalitatief goede uitvoering
Het oude omgevingsrecht is gericht op het beschermen van deelbelangen en daardoor defensief. Het nieuwe omgevingsrecht is flexibel en biedt transparante en doelmatige procedures. Die prikkelen bestuurders tot actief gedrag dat is gebaseerd op vertrouwen en het dragen van verantwoordelijkheid.