De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) stelt regels aan de (milieu-)gevolgen die bedrijven veroorzaken. U krijgt te maken met deze wet als u een bedrijf wilt starten of als u de werking van het bedrijf wilt veranderen.
Voor wie?
Bedrijven die schade aan het milieu veroorzaken hebben een omgevingsvergunning nodig. Dit is bijvoorbeeld noodzakelijk als het bedrijf veel energie verbruikt of luchtvervuiling en geluidshinder veroorzaakt. Niet alle bedrijven hebben deze vergunning nodig. Sommige bedrijven hoeven alleen een milieumelding te doen. Een klein aantal bedrijven is vrijgesteld van vergunnings- of meldingsplicht. In sommige gevallen is de provincie de vergunningverlenende instantie, in de overige gevallen is dat de gemeente.
Voor de omgevingsvergunning bestaat een onderverdeling in bedrijven. Type-C bedrijven zijn de bedrijven die een omgevingsvergunning voor het milieu moeten aanvragen omdat de kans op negatieve gevolgen voor het milieu groot is.
Als u een omgevingsvergunning aanvraagt of een melding doet voor bepaalde activiteiten, dan hebben deze misschien ook gevolgen voor de natuur. De instandhouding van beschermde gebieden of plant- of diersoorten kan namelijk gevaar lopen. U kunt dan een omgevingsvergunning aanvragen waarbij de provincie ook de natuuraspecten beoordeelt. De provincie kan aan deze vergunning speciale voorschriften verbinden, zoals ecologische begeleiding.
Voorwaarden
U kunt een vergunningscheck doen op het Omgevingsloket Online (OLO).
Als vuistregel kunt u aanhouden dat u voor de vergunning bij de provincie moet zijn in de volgende situaties:
- Het gaat om RIE-bedrijven. RIE staat voor Richtlijn Industriële Emissies. Bijvoorbeeld chemische fabrieken, energiecentrales, afvalverwerkers, huisvuilverbrandingsinstallaties of grote metaalproducenten.
- Het gaat om BRZO-bedrijven. BRZO staat voor Besluit Risico’s Zware Ongevallen. Dit zijn bedrijven waar grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen aanwezig zijn.
- U wilt een bedrijf oprichten of veranderen waarin een zogeheten gpbv-installatie aanwezig is.
Procedure
Het besluit wordt binnen 8 weken na indiening van de aanvraag gepubliceerd. De provincie kan deze termijn met 6 weken verlengen.
Voor meer complexe projecten is de beslistermijn 6 maanden. Ook dan kan de provincie de termijn met 6 weken verlengen. Dit wordt binnen de eerste 8 weken na indiening van de aanvraag besloten.
Binnen de termijn van 6 maanden legt de provincie een ontwerpbesluit 6 weken ter inzage. In deze periode kunnen belanghebbenden schriftelijk of mondeling reageren. Na de inzagetermijn worden de aanvraag en de definitieve vergunning gepubliceerd en nog een keer 6 weken ter inzage gelegd.
Bezwaar en beroep
U kunt binnen 6 weken bezwaar maken tegen het besluit over uw aanvraag. Bent u het niet eens met de beslissing over uw bezwaar? Dan kunt u binnen 6 weken beroep aantekenen bij de rechtbank. Daarna is er nog de mogelijkheid van hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Bij een complex project kunnen degenen die gereageerd hebben op de aanvraag en ontwerpvergunning, beroep aantekenen bij de rechtbank. Daarna is er nog de mogelijkheid van hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Is er niet gereageerd binnen de beroepstermijn van 6 weken? Dan is de vergunning definitief.