Besluiten

Op 21 mei 2024 zijn door de BBB schriftelijke vragen ingediend met betrekking tot te hoge beschoeiingen rondom wateren in Zuid-Holland. De BBB maakt zich zorgen over de uittreedmogelijkheden voor fauna. In de bijgaande beantwoording, vastgesteld door Gedeputeerde Staten op 18 juni, zijn deze vragen beantwoord met behulp van de huidige richtlijnen bij NNN realisatie en vaarwegbeheer die van toepassing zijn op deze kwestie.

Duitsland wil twee bruinkoolgroeves omvormen tot meren door ze te vullen met Rijnwater. Daarover hebben VOLT, ChristenUnie, JA21, PvdD, SP en D66 schriftelijke vragen gesteld. Gedeputeerde Staten hebben de vragen in afstemming met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat beantwoord. In de beantwoording is aangegeven hoe het Duits-Nederlandse overleg hierover is georganiseerd en dat Zuid-Holland daarin geen rol speelt. Omdat het vullen van de mijnen alleen bij hoge rivierafvoeren gebeurt wordt er geen impact verwacht op functies in Zuid-Holland.

Erfgoed is van grote betekenis voor de samenleving. Ons programma erfgoedlijnen bestaat inmiddels ruim 10 jaar. Het is de plek waar overheden samen met onder andere stichtingen, particulieren, ondernemers, onderwijsinstellingen en inwoners ons mooie erfgoed zichtbaar en beleefbaar maken en houden. In deze periode zijn er vele succesvolle projecten met subsidie van de provincie gerealiseerd. Projecten waar we trots op zijn. Het is van belang om met de erfgoedlijnen maatschappelijk relevant te blijven voor de samenleving. Dit betekent iets voor de keuze van de verhalen die we vertellen, de manier waarop we ze vertellen, welke doelgroepen we bereiken en hoe we het instrumentarium inzetten. In het Coalitieakkoord 'Krachtig Zuid-Holland' staat derhalve het voornemen om de erfgoedlijnen te herijken. Met deze brief informeren Gedeputeerde Staten worden Provinciale Staten geïnformeerd over hoe Gedeputeerde Staten de herijking, oftewel doorontwikkeling, willen vormgeven. Hierover gaan ze binnenkort graag in gesprek met Provinciale Staten. Daarna nemen ze een besluit over de herijking.

Gedeputeerde Staten hebben besloten om in de periode 1 januari 2024 – 31 december 2025 een bedrag van €200.000 beschikbaar te stellen voor een deelnamevergoeding voor de gebiedspartners van het Zuid-Hollands Programma Landelijk Gebied (ZH-PLG). Het betreft een tijdelijke regeling op basis van middelen die beschikbaar zijn vanuit de Specifieke Uitkering (SPUK). Aan een deelnamevergoeding is behoefte omdat de huidige fase van het ZH-PLG, ten opzichte van voorgaande jaren en gebiedsprocessen, bovengemiddeld veel inzet vraagt van onze gebiedspartners. Vanwege de gebieds-specifieke kennis is de inbreng van de agrarische sector en van lokale natuurorganisaties essentieel voor het goed doorlopen van het gebiedsproces. Wanneer de kennis niet via de gebiedspartners kan worden ingebracht, zou deze moeten worden ingehuurd. Gedeputeerde Staten waarderen de inzet van de gebiedspartners in het ZH-PLG en willen met het vrijmaken van middelen voor een tijdelijke deelnamevergoeding recht doen aan deze inzet. Wij verwachten na de zomer de regeling nader uitgewerkt te hebben en zullen u daarover informeren.

Gedeputeerde Staten hebben de bezwaren van Coöperatie Mobilisation for the Environment tegen de afwijzing van een handhavingsverzoek van 19 november 2021 tegen asfaltinstallatie APH B.V. wegens het niet voldoen aan de emissiegrenswaarde voor PAK's en de informatieplicht, met aanvulling van de motivering op basis van nieuwe ontwikkelingen, opnieuw ongegrond verklaard. De rechtbank Den Haag vernietigde op 9 april 2024 (zaaknummer: SGR 22/4649) een eerder besluit hierop van Gedeputeerde Staten en draagt op om een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen. Inmiddels heeft APH B.V. de asfaltinstallatie grondig verbouwd, zijn twee trommels vervangen en is de grondstoffenopslag overkapt. Uit meetresultaten na de verbouwing blijkt dat APH B.V. inmiddels bij herhaling voldoet aan de voor PAK's geldende emissiegrenswaarde. Ook voldoet APH B.V. inmiddels aan de informatieplicht door het indienen van een akkoord bevonden vermijdings- en reductieprogramma.

Gedeputeerde Staten hebben op 18 juni 2024 de beantwoording van de Statenvragen 4098 van BBB, SGP en Groep HvZH met betrekking tot de Statenontmoeting 2024 vastgesteld. Gedeputeerde Staten vinden het van belang om lokale raadsleden, het dagelijks bestuur van de waterschappen en andere relevante partners van Provinciale Staten actiever te betrekken bij de Statenontmoeting met als doel de verbinding tussen lokale en provinciale politiek te versterken. In lijn met deze wens worden dit jaar zodoende de fractievertegenwoordigers via de Griffie gevraagd om per fractie 10 strategische relaties aan te dragen.

Om de energie van windparken op zee aan land te brengen vinden rond 2030 nieuwe aanlandingen plaats in de regio’s Eemshaven, Borsele, Noordzeekanaalgebied, Maasvlakte en Moerdijk/Geertruidenberg. Om een verantwoorde inpassing van de windparken en de bijbehorende infrastructuur van het net op zee mogelijk te maken heeft het Rijk 10 miljoen beschikbaar gesteld voor gebiedsinvesteringen in de regio Maasvlakte, die de leefkwaliteit in de omgeving van aanlandlocaties moeten versterken. Naast de provincie Zuid-Holland zijn in de regio met name de gemeenten Voorne aan Zee en Rotterdam betrokken, maar ook het havenbedrijf Rotterdam maakt hier deel van uit. De afspraken over de organisatie en de verdeling van middelen over de verschillende projecten zijn vastgelegd in een bestuursakkoord met bijbehorende regioplan. De provincie heeft geen uitvoerings-, of financiële verantwoordelijkheid voor de projecten. Alle projecten zijn aangedragen door beide gemeenten en de gemeente Rotterdam zal optreden als regiokassier. De provincie zal bij het project betrokken blijven, ook met het oog op een tweede tranche. Het gaat dan over gezamenlijke communicatie over het programma, afstemming van de projecten met andere programma’s en natuurlijk het provinciaal omgevingsbeleid.  Het college heeft ingestemd met het bestuursakkoord en bijbehorende regioplan en heeft gedeputeerde Koning gemandateerd deze namens GS te ondertekenen.

Op 17 mei werd in Den Haag een congres gehouden ter ere van de Internationale Dag tegen Homofobie, Bifobie, Transfobie en Interseksefobie. Conform het Vlagprotocol heeft de commissaris van de Koning gebruik gemaakt van zijn discretionaire bevoegdheid om de Pride-Progress vlag laten hijsen. Naar aanleiding daarvan zijn er enkele Statenvragen door de BBB-fractie gesteld. Deze gingen, onder andere, over de naleving van het Vlagprotocol en waarom hier niet over is gecommuniceerd. Dit is de beantwoording van Statenvragen die zijn gesteld. Deze beantwoording is door Gedeputeerde Staten vastgesteld op 18 juni 2024.

Op 16 mei presenteerden de Tweede Kamerpartijen PVV, VVD, NSC en BBB het Hoofdlijnenakkoord ‘Hoop, lef en trots’ dat de basis vormt voor het nog op te stellen Regeerakkoord. Gedeputeerde Staten informeren Provinciale Staten en de partners van het Zuid-Hollands Programma Landelijk Gebied (ZH-PLG) over de (mogelijke) gevolgen van het Hoofdlijnenakkoord voor het ZH-PLG en de gebiedsgerichte aanpak. Hoewel het nog te vroeg is om alle consequenties voor onze provincie en voor het Zuid-Hollands Programma Landelijk Gebied (ZH-PLG) in het bijzonder te kunnen overzien, mag duidelijk zijn dat dit Hoofdlijnenakkoord invloed zal hebben op de opzet en uitvoering van het programma. Ook laten Gedeputeerde Staten weten dat de Ministerraad op 7 juni heeft besloten om 188 miljoen euro toe te kennen voor de uitvoering van het Maatregelenpakket ZH-PLG. Van dit bedrag is 8,3 miljoen onder voorbehoud van goedkeuring door Eerste en Tweede Kamer. Het pakket is opgebouwd uit concrete projecten van gebiedspartners die op korte termijn kunnen worden uitgevoerd en die bijdragen aan de doelen van het ZH-PLG. De komende maanden gaat de provincie aan de hand van een te ontwikkelen afwegingskader inzichtelijk maken welke projecten tot uitvoering kunnen worden gebracht en welke stappen daarvoor nodig zijn. Provinciale Staten, de regiegroepen en de waterschappen worden in dit proces gekend.

Statenleden van Christenunie, CDA, JA21, D66, SGP, GroenLinks-PvdA en Partij voor de Dieren hebben naar aanleiding van informatie uit de natuurdoelanalyse Nieuwkoopse Plassen & De Haekcvragen gesteld over de waterkwaliteit in Nieuwkoopse Plassen, de invloed van de vogelkolonies in de Pot daarop en hoe de provincie de waterschappen kan ondersteunen bij het verbeteren van de waterkwaliteit. Op 11 juni 2024 hebben Gedeputeerde Staten deze vragen beantwoord. In de beantwoording wordt toegelicht dat de provincie regelmatig overleg heeft met de waterschappen over de waterkwaliteitsdoelen uit de Kaderrichtlijn Water en dat er specifiek voor de problematiek in de Pot een samenwerkingsovereenkomst is gesloten met het waterschap en de terreinbeheerder.