Besluiten

De provincies Utrecht, Gelderland, Zuid-Holland, Noord-Brabant en Overijssel roepen gezamenlijk de Minister van Infrastructuur en Waterstaat op om de uiterwaarden van de grote rivieren in haar eigendom te gaan beheren als natuur. De gronden zijn nu veelal in agrarisch beheer.

Op 22 september 2022 is een Woo-verzoek ontvangen waarin gevraagd wordt naar de vergunning die is verleend aan Watersportvereniging Den Ouden Rhijn voor het innemen van ligplaatsen in de Oude Rijn. Het gevraagde document wordt geanonimiseerd verstrekt.

Met deze brief bieden we het Startdocument voor het Zuid-Hollands Programma Landelijk Gebied aan. Dit startdocument markeert de start van de langjarige transitie die voor ons ligt. Het startdocument helpt de kerngebieden op weg met de eerste onderdelen van hun eerste gebiedsplannen. Richting 1 juli zullen we als provincie als gebiedsautoriteit deze plannen opwerken naar de eerste versie van het gebiedsprogramma (ZH-PLG 1.0). Deze versie zal nog niet voor alle NPLG-doelen maatregelen bevatten. Er volgen meer programma’s de komende jaren. Het ZH-PLG 1.0 is een voorwaarde om in aanmerking te komen voor middelen uit het Transitiefonds voor het Rijk voor de maatregelen voor het behalen van NPLG-doelen.

De provincie wil zich actief inzetten voor bosuitbreiding en vitaliteit van bestaande bossen. In de begroting is 2,5 miljoen euro uitvoeringsbudget opgenomen om aan de slag te gaan. Qua vitaliteit gaat de aandacht uit naar de relatief jonge recreatiebossen. Uit een gezamenlijke studie met Staatsbosbeheer blijkt dat actief bosbeheer noodzakelijk is voor het behouden en versterken van de belevingswaarde en de biodiversiteit. Met actief bosbeheer willen we inzetten op gemengde inheemse bossen (in leeftijd en soort) met afwisselende open en gesloten delen en het behoud van oude, dikke bomen. Ook voorkom je met kleinschalig bosbeheer dat grootschalige kapwerkzaamheden, zoals bij de essentaksterfte, noodzakelijk zijn.

Met dit besluit stellen Gedeputeerde Staten het behandelvoorstel van motie 1090 Provinciale projectdag vast. Met deze motie organiseert Gedeputeerde Staten een Provinciale projectdag, waarbij scholieren van het Driestarcollege een bezoek brengen aan de provincie Zuid-Holland. Op deze dag maken zij kennis met het werk van Provinciale Staten en leren ze over de onderwerpen waar een provincie zich mee bezig houdt.

In de vergadering van Provinciale Staten d.d. 12 oktober j.l. is de wens uitgesproken het provinciehuis breder open te stellen voor de leden van Provinciale Staten in de avonduren op werkdagen en in de weekenden. Gedeputeerde Staten hebben in antwoord hierop de kosten laten inventariseren en leggen deze voor aan Provinciale Staten.

Gedeputeerde Staten hebben twee ontwerpdocumenten vastgesteld. Deze documenten geven richting aan de samenwerking met de partners in het veenweidegebied. De partners wordt gevraagd mee te werken aan het maken van plannen die beantwoorden aan het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). Dit NPLG is gericht op een duurzame toekomst voor het landelijk gebied.

Gedeputeerde Staten hebben vragen gekregen van Provinciale Staten over windlocatie A4/N11 in gemeente Zoeterwoude. Een deel van de vragen kan nog niet in detail beantwoord worden, omdat het een initiatief in de voorverkenningsfase betreft. De onderzoeken naar bijvoorbeeld impact op de natuur in de omgeving moeten dus nog plaatsvinden. Op dit moment is het plan nog niet concreet genoeg om te beoordelen of het past binnen het provinciaal beleid. Wel kunnen Gedeputeerde Staten aangeven dat er op verschillende manieren participatiemomenten mogelijk zijn gemaakt, onder andere via informatie-webinars, en dat er een klankbordgroep wordt opgericht.

De fractie GOUD heeft vragen gesteld aan het college van Gedeputeerde Staten waarin geïnformeerd wordt of de Duitse nationalisatie van Uniper gevolgen heeft voor de provincie, en dan met name de warmtelevering aan Leiden. Gedeputeerde Staten hebben geantwoord dat de nationalisatie van Uniper in Duitsland geen gevolgen heeft voor de warmtelevering in Leiden en voor de aanleg van de WarmtelinQ+ warmteleiding naar Leiden.

De provincie Zuid-Holland wil onder meer richting gemeenschappelijke regelingen actiever en meer kaderstellend optreden binnen de grenzen die door Provinciale Staten zijn aangegeven. Daarom wordt voor de betreffende zeven gemeenschappelijke regelingen waarbij de provincie één van de deelnemers is, het (financieel) kader voor de begroting 2024 als uitgangspunt meegegeven inclusief een aantal specifieke aandachtspunten.