Meer samenwerking op mobiliteit tussen provincies en Duitse deelstaat
Probleemloos de grens tussen Nederland en Duitsland oversteken is belangrijk voor onze economie. Daarom hebben de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen en vijf Nederlandse provincies hun afspraken over verkeer en vervoer vernieuwd. De nieuwe afspraken zijn op 6 juni 2025 in Den Bosch ondertekend.
Nederland en Noordrijn-Westfalen zijn elkaars belangrijkste handelspartners. Ze zijn sterk aan elkaar verbonden, zowel op logistiek als op economisch vlak. Om de samenwerking rond grensoverschrijdende mobiliteit op goed niveau te houden zijn nieuwe afspraken met elkaar gemaakt. Daarvoor is een nieuwe Gemeenschappelijke Verklaring opgesteld. Vijf provincies (Gelderland, Limburg, Noord-Brabant, Overijssel en Zuid-Holland) en het Ministerium für Umwelt, Naturschutz und Verkehr van Noordrijn-Westfalen zetten hun handtekening onder deze verklaring.
Belang samenwerking
Voor gedeputeerde Frederik Zevenbergen (verkeer, vervoer en OV) is de nog nauwere samenwerking van groot belang: “We delen met Noordrijn-Westfalen veel ambities, bijvoorbeeld op slimme en schone mobiliteit. Er liggen grote kansen in beide landen en in Brussel. Door samen op te trekken en van elkaar te leren, komen we simpelweg verder.”
De Noordrijn-Westfaalse minister für Umwelt, Naturschutz und Verkehr Oliver Krischer onderstreept dat belang: “De samenwerking met onze Nederlandse partnerprovincies groeit en levert voordelen op voor beide partijen. Samen voeren we projecten uit langs belangrijke Europese transportcorridors, wisselen we ervaringen uit en behartigen we onze belangen voor duurzaam, klimaatvriendelijk vracht- en personenvervoer.”
Vier pijlers
De hernieuwde gemeenschappelijke verklaring is gebaseerd op vier pijlers:
- Grensoverschrijdende mobiliteit
- Ontwikkeling van corridors
- Van en met elkaar leren
- Gezamenlijke belangenbehartiging
Binnen pijler 1 streven de partijen ernaar om infrastructuur en diensten voor grensoverschrijdende mobiliteit minstens zo goed te organiseren als binnen de landsgrenzen. Belemmeringen door de grens moeten verder worden verminderd.
In pijler 2 wordt gewerkt aan efficiënt, duurzaam en klimaatvriendelijk goederen- en personenvervoer op de wat langere afstand. Europa kent lange vervoerscorridors. Voor de samenwerking tussen Duitsland en Nederland zijn de Noordzee-Baltische corridor en de Noordzee-Rijn-Middellandse Zee corridor belangrijk. Het gaat dan om goede internationale weg- en spoorverbindingen, maar ook over de binnenvaart, bijvoorbeeld over de Rijn.
De derde pijler stoelt op de uitwisseling van ervaringen, goede praktijkvoorbeelden, succesvolle implementatie van randvoorwaarden en lessen die zijn getrokken, ook in contact met andere Europese regio’s en netwerken.
Nieuw in de samenwerking is in de vierde pijler specifieke aandacht voor gezamenlijke belangenbehartiging. Beleid dat in ‘Den Haag’ en in ‘Berlijn’ of door de Europese landen samen (‘Brussel’) wordt gemaakt beïnvloedt de regio’s. Om ervoor te zorgen dat de regionale belangen daar goed worden meegewogen, gaan de partners hun belangen op die plekken gezamenlijk uitleggen. Door samen op te trekken – ook met andere partijen in Europa – wordt bijgedragen aan versterking van de transportcorridors.
De samenwerking tussen Nederlandse provincies en Noordrijn-Westfalen op het gebied van mobiliteit, verkeer en logistiek bestaat al vanaf 2006. De vorige gemeenschappelijke verklaring was in 2018 opgesteld en aan vernieuwing toe. Op basis van de ervaringen van de afgelopen jaren, wordt nu een verdere stap op het gebied van grensoverbruggende mobiliteit gezet.