Besluiten

Op 28 november 2017 hebben Gedeputeerde Staten een bestuursovereenkomst gesloten met de gemeente Lansingerland over de realisatie van windenergie in de gemeente Lansingerland. Door deze overeenkomst kwamen de bevoegdheden voor de ruimtelijke inpassing en vergunningverlening voor de windenergie te liggen bij de gemeente Lansingerland. Hierbij was de veronderstelling dat de vergunningverlening in dat geval sneller zou gaan dan wanneer provincie bevoegd gezag zou zijn. Ondanks inspanning van de gemeente is die vergunningverlening tot op heden niet gerealiseerd. Gedeputeerde Staten hebben nu besloten zelf die bevoegdheden weer uit te gaan oefenen. De bestuursovereenkomst heeft hierdoor geen functie meer en wordt daarom opgezegd.

Op 14 maart 2023 zijn de vijf regionale realisatieagenda’s (RRA) binnen Zuid-Holland ondertekend door gemeenten, de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, woningcorporaties en de provincie. Onderdeel van deze afspraken is het opzetten van versnellingstafels. De versnellingstafels worden door regio’s/gemeenten getrokken, waarbij het doel is om woningbouwprojecten te versnellen en thematische knelpunten op te lossen. Voor drie van de vijf partijen, te weten: gemeenten Dordrecht, Nissewaard en Zoetermeer, geldt dat deze niet in ambtelijk mandaat kunnen worden afgedaan. Een deel van de te subsidiëren kosten zijn namelijk voor het moment van de subsidieaanvraag gedaan. Er zijn een aantal redenen te geven, waardoor dit zo is gelopen. De begrotingssubsidies konden in 2023 pas bij de najaarsbegroting worden opgenomen. Voorgesteld wordt dat GS voor deze drie subsidieaanvragen op grond van artikel 4, lid 2 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013 Gedeputeerde Staten afwijken van artikel 11, lid 1, omdat de activiteit waarvoor subsidie wordt gevraagd van bijzonder belang is voor het bereiken van de provinciale doelstelling op het terrein waarop de aanvraag betrekking heeft.

Conform de Wet gemeenschappelijke regelingen sturen de provinciale publieke verbonden partijen, zoals de omgevingsdiensten, de conceptjaarrekeningen van het afgelopen jaar, ter kennisname aan de Provinciale Staten. Provinciale Staten ontvangen een ambtelijke analyse van de concept jaarrekeningen 2023, als een overzicht en samenvatting van relevante informatie uit de jaarrekeningen.

Gedeputeerde Staten hebben het advies van de bezwarencommissie deels overgenomen. Gedeputeerde Staten zijn anders dan de bezwarencommissie van mening dat het beperken van de last in het besluit op het voorkomen van HCFK-emissies uit enkel de opslagbollen die behoren tot de HCFK-22-fabriek niet effectief is. Daarom laten Gedeputeerde Staten de last, die betrekking hebben op HCFK-emissies van alle opslagvoorzieningen van de HCFK-22-fabriek, in stand. Aan Chemours is een last onder dwangsom opgelegd, omdat Chemours onvergund HCFK-22 emissies in de lucht heeft geëmitteerd. Chemours heeft tegen dit besluit bezwaar gemaakt. Chemours heeft ook de voorzieningenrechter van de rechtbank verzocht om het besluit te schorsen. De rechtbank Den Haag heeft dat verzoek op 22 december 2023 toegewezen. De bezwarencommissie heeft geadviseerd het besluit in stand te laten onder de voorwaarde dat de grondslag van de overtreding en de formulering van de last worden gewijzigd en de hoogte van de dwangsom alsnog deugdelijk wordt gemotiveerd. Voor wat betreft het in stand laten van het bestreden besluit onder de voorwaarde dat de grondslag wordt gewijzigd en het nader deugdelijk motiveren van het dwangsombedrag, volgen Gedeputeerde Staten het advies van de bezwarencommissie.

De publieke verbonden partijen van Provincie Zuid-Holland, waaronder de gemeenschappelijke regeling Wegschap Dordtse Kil, stellen ieder jaar een begroting op en bieden deze aan de Provinciale Staten voor zienswijze aan. Gedeputeerde Staten leveren op voorhand advies aan de Provinciale Staten over deze begrotingen. Daartoe dient dit voorstel dat voor zienswijze aan de drie deelnemers, zijnde Gemeente Dordrecht, Hoeksche Waard en Provincie Zuid-Holland, wordt aangeboden. Deze begroting is gekoppeld aan het beheer en de exploitatie van de niet-openbare toltunnel onder de Dordtse Kil tussen Dordrecht en ’s-Gravendeel, inclusief de daarbij behorende wegen, gebouwen en het tolplein.

Op 17 januari 2024 is een Woo-verzoek ontvangen waarin wordt gevraagd naar informatie over het project 'Verbreding van de Schie' vanaf 22 november 2022. Gevraagde informatie wordt (deels) openbaar gemaakt.

Op 26 januari 2024 is een Woo-verzoek ontvangen waarin wordt gevraagd om openbaarmaking van alle (concept-)contracten, beschikkingen, concessies en andere overeenkomsten dan wel afspraken, addenda en verlengingen die ten grondslag liggen aan de relaties en samenwerkingen die de provincie Zuid-Holland heeft met tankstations op provinciaal grondgebied. De gevraagde informatie wordt gedeeltelijk openbaar gemaakt nadat twee weken zijn verstreken na bekendmaking van dit besluit. Indien er bezwaar wordt aangetekend en er tevens een verzoek om voorlopige voorziening is ingediend wordt de informatie pas openbaar gemaakt nadat de voorzieningenrechter uitspraak heeft gedaan.

In het coalitieakkoord 2023-2027 is afgesproken dat de er in 2030 6,3 tot 6,8 TWh aan duurzame elektriciteit geproduceerd wordt in de provincie Zuid-Holland. De RES Voortgangsdocumenten 2023 lieten zien dat verschillende RES’en achterlopen bij halen van hun deel van de doelstelling voor 2030. De RES Monitor 2023 van PBL onderschrijft dat veel RES’en in de provincie Zuid-Holland achterlopen. Hiermee raakt de doelstelling uit het coalitieakkoord om in 2030 6,3 tot 6,8 TWh aan duurzame elektriciteit te produceren uit zicht. Als provincie moeten we onze verantwoordelijkheid nemen als het gaat om de realisatie van de afgesproken RES-biedingen. Dat vraagt van de provincie een proactieve houding zodat we het halen van de doelen niet belemmeren, maar juist mogelijk maken en er samen actief aan werken om de RES-biedingen te realiseren. In het Klimaatakkoord is afgesproken om in 2025 vergunningen voor concrete projecten te verlenen. Helaas halen we dit niet voor de meeste projecten, maar om de regio's ruimte te bieden en te voorkomen dat de provinciale besluitvorming een vertragende factor is, presenteren we een helder stappenplan om tot realisatie van het Zuid-Hollandse RES-bod te komen.

De projectontwikkelaar van het park Zuytland Buiten, dat momenteel van zo’n 104 naar 180 recreatiewoningen wordt uitgebreid, heeft de gemeente Nissewaard verzocht om een functiewijziging naar wonen. De gemeente Nissewaard hecht, net zoals de provincie, veel belang aan het behouden van hun enige recreatiepark. In gesprekken met de ontwikkelaar heeft de gemeente Nissewaard altijd aangegeven waarom zij niet meewerkt aan een functiewijziging. De ontwikkelaar handelt hier echter niet naar. De gemeente Nissewaard heeft de provincie ambtelijk verzocht om het park volgens het afwegingskader onder artikel 7.45g van de provinciale omgevingsverordening te behandelen. De uitwerking van het kader wordt in een brief aan de gemeente kenbaar gemaakt. In de brief komt Gedeputeerde Staten tot de conclusie dat het park Zuytland Buiten niet in aanmerking komt voor een functiewijziging naar wonen. In de brief wordt opgeroepen om met de verschillende typen eigenaren, en het bestuur van de Coöperatie van de VVE Zuytland Buiten, in gesprek te gaan over het toekomstperspectief van het park. Het is daarbij noodzakelijk te zoeken naar een oplossing die past bij de verschillende belangen en het Recht van Erfpacht. Permanente bewoning op het recreatiepark Zuytland Buiten is voor de provincie geen aanvaardbaar toekomstperspectief.

Gedeputeerde Staten adviseren op grond van artikel 6 lid 3 van de Huisvestingswet aan het college van B&W van Gorinchem inzake hun voornemen tot vaststelling van een gemeentelijke Huisvestingsverordening Gorinchem 2024. De gemeente wil de Opkoopbescherming invoeren om te voorkomen dat eengezinswoningen worden opgekocht om vervolgens kamersgewijs te worden verhuurd. Op die manier hoopt men  eengezinswoningen te behouden voor gezinnen en de leefbaarheid te kunnen verbeteren. Om dit mogelijk te maken moeten Burgemeester en Wethouders de huisvestingsverordening vaststellen en hierover advies vragen aan Gedeputeerde Staten.