Wat is de warmtetransportleiding?
Met deze transportleiding, ook wel WarmtelinQ tracé Vlaardingen – Den Haag (voorheen Leiding door het Midden), kan restwarmte uit de Rotterdamse haven en hernieuwbare warmte naar het bestaande warmtenet van Den Haag worden getransporteerd. Het tracé heeft een lengte van 23 kilometer en loopt door de gemeenten Den Haag, Rijswijk, Delft, Midden-Delfland, Schiedam en Vlaardingen. De warmteleiding bestaat in feite uit een aanvoerleiding en een retourleiding en een pompstation in de gemeente Delft. Met WarmtelinQ kunnen op termijn circa 120.000 woningen gebruik maken met rest- en hernieuwbare warmte. Ten opzichte van de traditionele gasgestookte cv-ketels levert dit een CO2-reductie op van 60%. De transportleiding creëert bovendien kansen voor de aansluiting hierop van nieuwe lokale warmtenetten in de andere gemeenten langs het tracé en voor de ontsluiting van andere lokale duurzame warmtebronnen. De transportleiding wordt ontwikkeld door LdM C.V. Dit is een werkmaatschappij van de Gasunie N.V. In opdracht van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat heeft de Gasunie het project WarmtelinQ overgenomen van energiebedrijf Eneco.
Wat doet de provincie?
De provincie heeft de realisatie van het regionaal warmtenetwerk als provinciaal belang opgenomen in het Omgevingsbeleid van Zuid-Holland. Omdat de warmtetransportleiding tussen Vlaardingen en Den Haag een belangrijk onderdeel van het regionaal warmtenetwerk vormt, heeft LdM C.V. de provincie gevraagd om voor het project een Provinciaal inpassingsplan (PIP) op te stellen en de provinciale coördinatieregeling toe te passen. Een inpassingsplan is een bestemmingsplan op provinciaal niveau. Dit heeft als voordeel dat de voorbereiding integraal en in nauwe samenwerking met de gemeenten verloopt, maar dat de ruimtelijke besluitvorming bij één bevoegd gezag ligt, namelijk Provinciale Staten. Dat maakt het proces efficiënter en worden onnodige procedurele risico’s voorkomen. In navolging van dit besluit hebben provinciale staten op 22 september 2021 een soortgelijk besluit genomen voor het traject tussen Rijswijk en Leiden. Zie de pagina WarmtelinQ Rijswijk-Leiden voor meer informatie.
Waar staan we nu?
Kennisgeving terinzagelegging definitief instemmingsbesluit cluster 4 Warmtetransportleiding Vlaardingen – Den Haag
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland maken als coördinerend bevoegd gezag bekend dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Haag een definitief besluit heeft genomen inzake de APV-instemmingsbesluiten inzake het tracé van de warmtetransportleiding WarmtelinQ Vlaardingen – Den Haag in Den Haag (cluster 4). Tegen het ontwerpbesluit voor cluster 4 zijn geen zienswijzen ingediend. De beschikkingen van de overige bevoegde gezagen in de clusters 1 tot en met 3 zijn al definitief verleend.
De definitieve beschikking en de daarop betrekking hebbende stukken liggen van 15 december 2022 tot en met 26 januari 2023 voor een ieder ter inzage. Ga naar de terinzagelegging voor meer informatie.
PIP en Cluster 1
Provinciale Staten hebben op 13 oktober 2021 het Provinciaal InpassingsPlan (PIP) vastgesteld en omstreeks die datum hebben de overige bevoegde gezagen de definitieve vergunningen binnen cluster 1 verleend. Daartegen zijn bij de Raad van State eind 2021 zeven beroepschriften en drie verzoeken om voorlopige voorziening (VoVo) ingediend, waarvan een VoVo later weer is ingetrokken. Op de andere twee verzoeken heeft de voorzieningenrechter van de Afdeling op 1 maart 2022 bij wijze van voorlopige voorziening een mondelinge uitspraak gedaan. In die uitspraak heeft de rechter bepaald dat het PIP alleen ter plaatse van het perceel van Heijmans (nabij de Tripstraat in Den Haag) is geschorst, de overige verzoeken zijn afgewezen.
Door die uitspraak zijn het inpassingsplan en de vergunningen in cluster 1 in werking getreden. Dat betekent dat initiatiefnemer WarmtelinQ in de verschillende gemeenten aan de slag mag met de uitvoering van het project, maar de aannemers moeten zich daarbij uiteraard wel houden aan de voorschriften in de verschillende vergunningen. Later dit jaar zal de Raad van State uitspraak doen op de ingediende beroepschriften tegen het PIP en de vergunningen in cluster 1. De provincie heeft hiervoor inmiddels een verweerschrift ingediend, maar er is nog geen zittingsdatum gepland. Zodra die datum bekend is, zal die hier worden vermeld. Naar het vastgestelde PIP en verleende vergunningen in cluster 1. Let op: het indienen van zienswijzen of beroepschriften is niet meer mogelijk.
Partiële Herziening 2022
Provinciale Staten van Zuid-Holland hebben op 18 mei 2022 een partiële herziening van het provinciaal inpassingsplan (PIP) Warmtetransportleiding Vlaardingen – Den Haag vastgesteld. In het kader van de beroepsprocedure tegen het vastgestelde inpassingsplan is geconstateerd dat het wenselijk is om het PIP op een tweetal onderdelen partieel te herzien. Het perceel aan de Tripstraat in Den Haag met de dubbelbestemming ‘Leiding – Warmtetransportleiding’ en de aanduiding ‘specifieke vorm van bedrijf – WOS 2’ wordt uit het inpassingsplan geschrapt. Daarnaast wordt de plangrens nabij de Middachtenweg in Den Haag gecorrigeerd, zodat de bestemming “Leiding – Warmtetransportleiding’ ter plaatse van het verplaatste T-stuk en expansielus is geschrapt en de nieuwe, juiste locatie van de expansielus geheel binnen het plangebied valt. Ga naar de terinzagelegging voor meer informatie.
Clusters 2 en 3
De definitieve beschikkingen in cluster 2 en 3 waren – op Den Haag na – al eerder verleend. Begin mei heeft ook het college van burgemeester en wethouders van Den Haag een definitief besluit genomen inzake de beschikking in cluster 2 (oud) van het project Warmtetransportleiding Vlaardingen – Den Haag. Dit besluit ligt voor een ieder ter inzage van 3 juni tot en met 14 juli 2022. Ga naar de terinzagelegging voor meer informatie.
De eerder verleende beschikkingen in cluster 2 en 3 en de daarop betrekking hebbende stukken lagen vanaf 4 maart tot en met 14 april 2022 voor een ieder ter inzage. Gedurende deze termijn kunnen belanghebbenden tegen deze beschikkingen een beroepschrift indienen bij de Raad van State. Het indienen van zienswijzen of beroepschriften is niet meer mogelijk.
Cluster 4
Op 24 maart 2022 heeft initiatiefnemer een vergunning aangevraagd op grond van artikel 2.10A en 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening (APV) van de gemeente Den Haag. Dit betreft een aanvraag tot instemming voor het opbreken, opgraven en aanleggen van ondergrondse warmtetransportleidingen door middel van boringen en open ontgraving. Het college van B&W heeft hiervoor een ontwerp instemmingsbesluit opgesteld, waarop later definitief zal worden beslist. Dit ontwerpbesluit zal met ingang van vrijdag 24 juni tot en met donderdag 4 augustus 2022 ter inzage worden gelegd en gedurende die termijn kunnen zienswijzen worden ingediend. Ga naar de terinzagelegging voor meer informatie.
Wat is vooraf gegaan?
Van 19 maart tot en met 29 april 2021 hebben het ontwerp-PIP en de ontwerpbesluiten voor cluster 1 ter inzage gelegen. In dat kader zijn in totaal 64 zienswijzen ingediend. Hiervoor hebben de bevoegde gezagen een gezamenlijke concept-Nota van Beantwoording opgesteld. Gedeputeerde Staten hebben deze nota op 13 juli 2021 vastgesteld. Daarbij hebben GS tevens besloten dat het wenselijk is om het PIP en het voorstel tot vaststelling van het PIP door Provinciale Staten op enkele onderdelen aan te vullen en aan te passen. De concept-nota is daarna toegezonden aan de indieners van alle zienswijzen.
Tevens is het Combi-MER voor het project toegezonden aan de landelijke Commissie voor de m.e.r. voor een toetsingsadvies. De commissie heeft dat advies op 28 mei 2021 afgegeven en dat advies heeft niet geleid tot aanpassingen in het MER. De door Provinciale Staten vastgestelde Nota van Beantwoording en het Toetsingsadvies van de Commissie voor de m.e.r. zijn hier te vinden.
Voor cluster 3 hebben de ontwerpbesluiten en de overige daarop betrekking hebbende stukken van 3 december 2021 tot en met 13 januari 2022 ter inzage gelegen.
De Crisis- en herstelwet is van toepassing op WarmtelinQ tracé Vlaardingen – Den Haag. Die geldt namelijk voor alle besluiten over de ontwikkeling en verwezenlijking van ruimtelijke en infrastructurele projecten ten behoeve van het transport of het leveren van duurzame energie. Daarbij gaat het om de besluiten over het inpassingsplan en de benodigde vergunningen (zie afdeling 2 van hoofdstuk 1 van de Crisis- en herstelwet(verwijst naar een andere website)). Dit heeft name invloed op de beroepsfase omdat daardoor de versnelde behandeltermijn voor de afdoening van beroepschriften door de Raad van State van toepassing is (6 maanden in plaats van 12 maanden).
Op 18 december 2019 hebben Provinciale Staten besloten de procedure voor de vaststelling van het provinciale inpassingsplan (PIP) en de provinciale coördinatieregeling (PCR) toe te passen, wat inhoudt dat beide processen gelijktijdig worden uitgevoerd. Dat wil zeggen de tracékeuze, de wijze van uitvoering en alle benodigde uitvoeringsbesluiten (waarvoor de bevoegde gezagen verantwoordelijk blijven) maken deel uit van het gelijktijdige besluitvormingsproces.
Voor het PIP en de uitvoeringsbesluiten wordt ook een uitgebreide m.e.r.-procedure doorlopen voor een milieueffectrapportage (MER). De provincie, de overige bevoegde gezagen en LdM C.V. hebben gezamenlijk besloten dat voor het project een gecombineerd plan- en project-MER wordt opgesteld (een Combi-MER). In het plan-MER worden de effecten van de warmtetransportleiding en de alternatieven in beeld gebracht. In het project-MER worden de verschillende milieueffecten van het voorlopig voorkeurstracé (zoals ecologie, bodem enz.) in beeld gebracht en vergeleken met een alternatief.
Ter voorbereiding van dit Combi-MER is door LdM C.V. een Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) opgesteld. In deze notitie wordt de realisatie van de warmtetransportleiding nader toegelicht en is beschreven welke milieueffecten in het MER zouden worden onderzocht. Op 18 december 2019 hebben Provinciale Staten de NRD vastgesteld en besloten dat deze ter inzage werd gelegd. De publicatie van de NRD vormde de start van de MER-procedure. De NRD heeft digitaal en op papier ter inzage gelegen van 17 januari tot en met 27 februari en kon er door iedereen een zienswijze worden ingediend. Zowel op de hele NRD als de te onderzoeken tracés. De provincie heeft de NRD ook voorgelegd aan alle wettelijke adviseurs en bestuursorganen die geraadpleegd moeten worden. De reacties zijn verwerkt in een Advies Reikwijdte en Detailniveau (ARD) die door Gedeputeerde Staten op 26 mei 2020 is vastgesteld. Hiermee is het milieuonderzoek op verschillende onderdelen uitgebreid.
Op grond van de Wet op de ruimtelijke ordening (Wro) zijn de gemeenteraden van de betreffende gemeenten in februari 2020 gehoord door de gedeputeerden mw. Baljeu en mw. Koning.
Gedeputeerde Staten hebben op 7 juli 2020 het voorontwerp-inpassingsplan Warmtetransportleiding Vlaardingen – Den Haag vrijgegeven voor consultatie bij de vooroverlegpartners in het kader van het wettelijk vooroverleg ex artikel 3.1.1. Besluit ruimtelijke ordening (Bro). Er zijn 4 vooroverlegreacties ingekomen die worden betrokken bij de besluitvorming door GS over de vaststelling van het ontwerpinpassingsplan. De reactie van Gedeputeerde Staten op deze ingekomen reacties is vastgelegd in een Vooroverlegnota die Gedeputeerde Staten hebben vastgesteld op 10 november 2020. Dit vormt de opstap naar het ontwerpinpassingsplan warmtetransportleiding Vlaardingen-Den Haag.
Op 27 oktober 2020 heeft Warmtelinq de formele vergunningaanvragen gedaan bij de bevoegde gezagen. Nadat nog enkele aanvullende onderzoeken zijn uitgevoerd hebben Gedeputeerde Staten op 9 maart het ontwerp PIP, de ontwerpbesluiten en het Combi-MER vrijgegeven voor inspraak. Van 19 maart tot en met 29 april 2021 hebben deze ontwerp-besluiten en het MER ter inzage gelegen. Hierop zijn 63 zienswijzen ingekomen.
Schema processtappen
Na het besluit tot opstellen van het PIP/PCR wordt gestart met de m.e.r.-procedure. Eerst wordt de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (NRD) ter inzage gelegd zodat eenieder daarop zienswijzen kan indienen (+ adviezen van de overige bevoegde gezagen). Op basis van de zienswijzen en adviezen stellen GS een Advies Reikwijdte en Detailniveau (ARD) op dat samen met de NRD dient als basis voor het op te stellen milieueffectrapport (MER). De uitkomsten van het Combu-MER worden meegenomen in het ontwerp-PIP en de ontwerpbesluiten/vergunningen. De ontwerpstukken worden gedurende 6 weken gezamenlijk ter inzage gelegd en hierop kunnen door een ieder zienswijzen worden ingediend. Naar aanleiding van de zienswijzenbeantwoording kunnen het ontwerp-PIP en de te verlenen vergunningen worden aangepast. Daarna worden het MER en het PIP gereed gemaakt voor vaststelling door PS en kunnen de overige bevoegde gezagen de vergunningen verlenen. Daarna kunnen belanghebbenden tegen het PIP en de vergunningen binnen zes weken beroep instellen bij de Raad van State. Deze beroepsprocedure duurt ongeveer 6 maanden.
Documenten
- Nota van Beantwoording WarmtelinQ Vlaardingen-Den Haag cluster 3 (pdf, 389 kB)
- Nota van Beantwoording WarmtelinQ Vlaardingen-Den Haag cluster 2 (pdf, 462 kB)
- Nota van Beantwoording WarmtelinQ Vlaardingen-Den Haag (pdf, 1.6 MB)
- Advies van de cie voor de mer (pdf, 481 kB)
- Verslag horen gemeenteraad Delft PIP LdM 13 feb 2020 def (pdf, 175 kB)
- Verslag horen gemeenteraad Den Haag PIP LdM 19 feb 2020 (pdf, 182 kB)
- Verslag horen gemeenteraad Rijswijk PIP LdM 18 feb 2020 (pdf, 180 kB)
- Verslag horen gemeenteraden Vlaardingen schiedam midden delfland PIP LdM 19 feb 2020 (pdf, 203 kB)
- Presentatie horen gemeenteraden inzake PIP/PCR/MER (pdf, 933 kB)
- Notitie Reikwijdte en Detailniveau LdM (pdf, 3.4 MB)
- Participatie- en communicatieplan LdM.docx (pdf, 205 kB)
- Plan van aanpak Provinciaal inpassingsplan, provinciale coordinatieregeling en mer procedure Leiding door het Midden.docx (pdf, 2.5 MB)
Kennisgeving terinzagelegging ontwerpbesluiten cluster 3 Warmtetransportleiding Vlaardingen – Den Haag
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland maken als coördinerend bevoegd gezag bekend dat de bevoegde gezagen in het project Warmtetransportleiding Vlaardingen – Den Haag de ontwerpbesluiten voor cluster 3 hebben vrijgegeven voor tervisielegging. Deze ontwerpbeschikkingen hebben betrekking op enkele concrete locaties in het tracé van de Warmtetransportleiding Vlaardingen – Den Haag door de gemeenten Den Haag, Rijswijk, Delft, Midden-Delfland, Schiedam en Vlaardingen.